Wie al eens binnen is geweest bij De Waag in `Delft, weet het: het oude pand zit bomvol geschiedenis. Maar met een gebouw zo oud als dit, zijn er ongetwijfeld ook dingen die je nog niet wist. Reeds in 1341 werd er melding gemaakt van een Waaggebouw, maar de officiële papieren die wijzen op een Waaggebouw dateren van 1539, en toen omvatte het gebouw de helft van wat we nu kennen.
Een Waag is een gebouw waar goederen werden gewogen en gemeten in een marktstad. Hier werd de eerlijke handel bevorderd. Dat was noodzakelijk voor de stad als betrouwbaar handelscentrum. In Delft kocht de gemeente in 1644 het huis ernaast erbij en werd het gebouw groot genoeg om de florerende handel in de Gouden Eeuw te verwerken. De grote weegschaal, die tot vandaag nog in De Waag hangt, dateert van 1647.
Wie de koop van een partij boter of kaas wilde bezegelen, moest deze waren in de Waag laten wegen. Zo weten koper en verkoper precies hoeveel ze moeten afrekenen, en kan de stad het waagloon berekenen. Voor een handelsstad als Delft was dat een lucratieve inkomstenbron, zeker toen de vraag naar zuivel in de negentiende eeuw maar bleef stijgen. De weegschaal woog intussen de meest uiteenlopende zaken: van turf, pluimvee, kaas en boter tot de klokken van de Nieuwe Kerk toe. Pas na de Eerste Wereldoorlog stortte de markt van Delftse boter en kaas in. De opkomst van vrachtauto’s en zuivelfabrieken maakten de marktdagen overbodig.